Over de kunstenaar
Louis Apol behoort tot de belangrijkste meesters van de Haagse School en is vooral bekend om zijn winterlandschappen en boslandschappen in de sneeuw. In deze schilderijen spelen mensen slechts een kleine (of geen) rol. Alle aandacht gaat uit naar de natuur zelf. De kunstenaar vond zijn mooiste landschappen vooral in en rond Den Haag en de omgeving van Arnhem. Ook schilderde hij een aantal zomerrivier- en heidegezichten.
In 1880 reisde Apol met een expeditie naar Spitsbergen op de polaire schoener Willem Barentsz. Tijdens de reis maakte hij veel tekeningen en aquarellen. De vele indrukken en schetsen van deze reis boden hem veel inspiratie voor zijn werk voor de rest van zijn leven.
Louis Apol was een leerling van onder andere Johannes Franciscus Hoppenbrouwers en Pieter Stortenbeker aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten (1867-1872). In 1871 ontving hij de Koninklijke Subsidie voor de Schilderkunst en in 1874 een zilveren medaille op een tentoonstelling in Amsterdam.
Hij werkte enkele jaren in een regio die de "Hollandse Barbizon" werd genoemd (Arnhem, Wageningen, Wolfheze) waar hij verschillende bekende Nederlandse schilders ontmoette zoals Anton Mauve en Theo Goedvriend.
Van 1881-1886 werkte hij in de "Hollandse Barbizon" (de Veluwe, Rozendaal), waar hij op 65 jarige leeftijd terugkeerde (1913).
Oeuvre
Apol is het meest bekend om zijn winterlandschappen. Het werk van Apol is te vinden in het Rijksmuseum in Amsterdam, het Teylers Museum in Haarlem en het Gemeentemuseum in Den Haag.
Bron: